
Ongeveer zeventig reparateurs en organisatoren van Nederlandse Repair Cafés kwamen op 24 februari bijeen tijdens een online event. Daarmee wilde Repair Café International tijdens de lockdown het netwerk toch even samenbrengen. Zoals directeur Martine Postma bij de afsluiting zei: “Het was heel inspirerend om elkaar weer even te zien, te horen van elkaar en te merken: ‘we zijn er nog, we staan te trappelen en we gaan door zodra het weer mag.'”
Creatieve oplossingen
Repair Cafe-bijeenkomsten zijn al maanden niet toegestaan. Maar dat betekent niet dat er helemaal niet meer wordt gerepareerd! Diverse Repair Cafes bedachten creatieve oplossingen om ook in coronatijd op een veilige manier actief te blijven. Daarmee blijken ze in een enorme behoefte te voorzien.
Middelburg: bus met aanhanger
Bert Huige van Repair Café Middelburg (in totaal 35 vrijwilligers) vertelde over de haal- en brengdienst die zijn Repair Café al twee maanden onderhoudt. De reparateurs hebben van de provincie Zeeland een bus met aanhanger gekregen. “Daarmee halen we reparaties op bij mensen die slecht ter been zijn. En we brengen de gerepareerde spullen ook weer terug”, vertelde Bert aan presentator Sandra Rottenberg.
Zijn eigen huis staat intussen vol met spullen die gerepareerd moeten worden. “We hebben in de gang een rek voor allerlei kleine spullen, en hier in de kamer staan de nodige stofzuigers en hogedrukreinigers. Die laatste krijgen we momenteel veel, want iedereen wil weer de tuin in.” In de afgelopen twee maanden hebben de vrijwilligers in Middelburg al 165 reparaties uitgevoerd. “De telefoon staat roodgloeiend, we hebben het erg druk. Misschien wel drukker dan in niet-coronatijd.”
Bussum: online formulier
Ook Repair Café Bussum repareert op aangepaste wijze door, vertelde textielvrijwilliger Marjan Vos. “We hebben een een online formulier dat mensen met een kapot voorwerp kunnen invullen. Die aanvragen worden gemaild naar de reparateurs: wie kan deze reparatie doen, wie heeft hier belangstelling voor? Vervolgens is er contact tussen de vrager en degene die repareert. De bedoeling is dat mensen de spullen zelf gaan brengen en ook weer zelf ophalen.”
Utrecht: foto’s van reparatieproces online
Roland Vossen van Repair Cafe Utrecht-Oost pakt het weer anders aan: hij repareert thuis kapotte voorwerpen voor mensen uit zijn buurt en deelt via internet foto’s van het reparatieproces.
“In het Repair Café kijkt de bezoeker altijd lekker met je mee en leert er ook wat van. Als ik thuis repareer kunnen de mensen niet meekijken. Ik dacht: als ik nou foto’s maak, dan kunnen ze toch nog een beetje het reparatieproces volgen. Zo is het balletje gaan rollen.”
Roland heeft intussen tal van pagina’s met foto’s en beschrijvingen van reparaties online gezet. Bijvoorbeeld over de reparatie van een sapcentrifuge, een Nespresso-koffieapparaat en een heggenschaar. Hij deelt deze pagina’s ook in de Facebookgroep voor Repair Café-vrijwilligers.
Hey oh, repareer je Senseo!
Halverwege het event werden de deelnemers getrakteerd op een verrassing: cabaretière Maria Kraaijkamp had een lied gemaakt over het Repair Café-product bij uitstek: de Senseo.
Een cd met een bijzondere betekenis
Ook Douwe van der Helm, reparateur bij Repair Cafe Steenwijkerland, had voor de gelegenheid een video opgenomen. Hij las een verhaal voor uit zijn bundel met bijzondere Repair Café-verhalen.
Studenten over de toekomst van repareren
In het tweede deel van het event kwamen drie studenten aan het woord. Alle drie hebben ze zich de afgelopen maanden, in overleg met Repair Café International, gebogen over de vraag: hoe kan repareren voor meer mensen – specifiek ook: voor jongeren – aantrekkelijk worden gemaakt?
Afstudeeronderzoek naar ‘repareerdrift’
Jonas Roozenburg volgt de MADE-opleiding (TU Delft en Wageningen Universiteit). Hij doet een afstudeeronderzoek naar ‘repareerdrift’: de drang of zin van mensen om hun spullen te repareren. Jonas wil onder meer weten hoe die repareerdrift door productontwerp kan worden aangewakkerd. Voor zijn onderzoek interviewde hij negen Repair Café-reparateurs.
“In de literatuur gaat het er vaak over dat een reparatie zo snel mogelijk te doen moet zijn”, vertelde Jonas. “Maar als ik aan een reparateur vroeg: ‘wat vond je nou de leukste reparatie?’, dan was dat er vaak een die wat langer duurde, wat meer vroeg. Voor een reparateur was het vooral belangrijk dat de stappen van een reparatie duidelijk waren. Als je ontwerpt voor thuisreparatie, moet je dus zorgen dat de reparateur weet waar hij naartoe gaat, dat er een duidelijk verloop is.”
Design Challenge TU Delft
Quinta Bonekamp en Gijs Aben deden de afgelopen maanden mee aan de Design Challenge van de TU Delft. In dit vak, voor studenten Industrial Design, ontwerpen studenten een duurzame oplossing voor een probleem van een bestaande organisatie. Repair Café International was een van die organisaties. “Onze case was: hoe krijgen we jonge mensen zo ver dat zij het normaal en leuk gaan vinden om kapotte spullen te repareren?”, vertelde Martine Postma.
Leren door dingen te doen
De groep van Quinta ontwierp drie toolkits (zie boven) om kinderen van groep 3 en 4 (6-7 jaar oud) enthousiast te maken voor repareren. “We willen namelijk dat kinderen in de toekomst meer leren door dingen te doen, met hun handen. Daar hebben we drie lespakketten voor ontwikkeld. In de eerste leren ze om aan de slag te gaan met naald en draad. Deze les hebben we ook getest om een school. De kinderen waren er razend enthousiast over.”
Het tweede pakket is een fiets met verschillende onderdelen. “Het idee is dat ze daarmee, met de hele klas, een fiets in elkaar kunnen zetten.” Ten derde ontwierpen Quinta en haar medestudenten een mixer-toolkit. “Daarbij is het idee dat de kinderen kennismaken met elektronica en met mechanische onderdelen.”
‘Café Repair’
De groep van Gijs richtte zich in zijn oplossing (zei boven) op jongeren tussen 18 en 24 jaar. “Dat leek ons een goeie doelgroep”, vertelde Gijs. “Deze mensen zijn net uit huis en moeten leren hoe ze hun spullen moeten onderhouden.” Gijs en zijn groep kwamen met ‘Café Repair’. “Een café, dat in principe elke dag open is, waar je een kopje koffie kunt drinken, maar waar ook twee grote tafels in het midden staan en waar alles aanwezig is zodat mensen daar kunnen gaan repareren. En waar je ook workshops kunt volgen.”
De studenten hebben hun idee getest met een proefopstelling in een studentenhuis. “We wilden kijken of het repareren zou aanslaan. Dat bleek zo te zijn: als je andere mensen ziet repareren, krijg je vanzelf zin om het ook te gaan doen.”
Meer online events? Hartstikke leuk!
Gedurende het event werd er druk gereageerd in de chat. Organisatoren en reparateurs van andere Repair Cafés deelden wat zij ondernemen om tijdens de lockdown actief te blijven. Zo kun je o.m. ook bij de Repair Cafés in Hengelo en Geldermalsen reparaties aanmelden, in Rotterdam kunnen kinderen leren hoe dingen in elkaar zitten tijdens de ‘kids sloop-cafés’.
Martine Postma sloot het event af met de uitnodiging aan het netwerk om nog vaker online bij elkaar te komen. “Dat lijkt me hartstikke leuk. Ik heb zelf nog wel een paar onderwerpen die ik zou willen bespreken, maar misschien zijn er wel meer mensen die een onderwerp willen aandragen. Heb jij een idee, laat het ons dan weten. Dan kunnen we kijken of we daar een volgende keer een sessie over kunnen organiseren!”
Dit bericht heeft 0 reacties