skip to Main Content

Een gescheurd knuffelkonijn, een bestuurbare auto die niet meer wil rijden, een lekke fietsband… Juf Esther van Montessorischool Oegstgeest heeft het Repair Café uitgenodigd. Op dinsdagmiddag 20 juni komen zeven reparateurs van het plaatselijke Repair Café spullen repareren, samen met de kinderen van groep 3-4.

Minder afval
Juf Esther test met de vrijwilligers het lesmateriaal dat Stichting Repair Café International ontwikkelt om repareren terug te brengen in het basisonderwijs. Dat is nodig, vinden alle betrokkenen. Want als kinderen op jonge leeftijd al zien dat repareren leuk is en vaak helemaal niet zo moeilijk, gaan ze het hopelijk later ook vaker doen. En dat scheelt afval!

Als de kinderen na de lunchpauze hun klas inkomen, ligt al het kapotte speelgoed dat ze de afgelopen weken hebben verzameld, op een grote tafel in het midden van de klas. Op alle tafelgroepjes ligt gereedschap, er is een naaimachine en er staat een bak met apparaten en andere spullen die niet meer te redden zijn, de zogenaamde ontdekbak.

Tijdens de Repair Café-les halen de kinderen zelf de draad door de naald.

Kleine leermomentjes
Aan elk tafelgroepje zit een reparateur, de kinderen rouleren elke vijftien minuten. Zo zien ze hoe een spanningsmeter werkt, leren ze een draad door het oog van een naald doen en zoeken ze in de ontdekbak naar passende schroefjes voor de bestuurbare auto. “Het zijn allemaal kleine leermomentjes”, zegt juf Esther.

“Kinderen kunnen meer dan je denkt”, zegt vrijwilliger Femke als Gabriëlla haar eigen knuffelkonijn heeft dichtgenaaid en Olivier de naald voorzichtig in de rug van zijn leeuw prikt.

Aan de tafel ernaast is het feest. Vrijwilliger Joost heeft een lekke fietsband meegenomen, een emmer water, een bandenplaksetje en een fietspomp. Twee kinderen pompen de band zachtjes op, terwijl twee andere hem in de emmer water houden om het lek te zoeken. “Ik heb het!”, roept Sebastiaan als hij plotseling luchtbelletjes ziet.

De pop van Liv is haar hoofd verloren. Is de pop nog te repareren?

Ondertussen probeert reparateur Eric een pop zijn hoofd terug te geven. Het lukt, met een bandenlichter uit de bandenplakhoek. Liv juicht en kleedt haar pop weer aan. “Als het er weer af gaat”, zegt ze, “ga ik naar de fietsenmaker en vraag ik of ik zo’n lepeltje mag lenen.”

Elke maand Repair Café
Na anderhalf uur zit de les erop. De vrijwilligers merkten dat de meeste kinderen na drie reparatierondes minder geconcentreerd raakten. Maar gaven ze hun een simpele opdracht, bijvoorbeeld om een bepaald stuk gereedschap te zoeken, dan waren ze er weer bij. Dat was ook het geval als hun eigen speelgoed aan de beurt was. “Je bereikt de kinderen het snelst als ze zelf emotioneel betrokken zijn bij een reparatie”, concluderen de vrijwilligers. En: “Het is belangrijk om te zorgen dat er voor iedereen in het groepje iets te doen is.”

Repair Café-vrijwilliger Joost laat Sebastiaan en zijn klasgenootjes zien hoe je een band plakt.

Juf Esther vraagt na afloop of het niet mogelijk is om na de zomervakantie elke maand een Repair Café-ochtend te organiseren. Gewoon in de hal, zodat kinderen van verschillende groepen langs kunnen gaan. En mocht er in het klaslokaal eens iets kapot gaat – een rekenketting bijvoorbeeld of een houten topografiekaart – dan kunnen de kinderen het zelf repareren. Vrijwilliger Lia meldt zich meteen aan. En ook reparateur Eric wil graag meedoen.

Stichting Repair Café International verwerkt de ervaringen uit Oegstgeest deze zomer in het concept-lesmateriaal. Na de zomer kunnen meer basisscholen, samen met het Repair Café in hun gemeente, ermee aan de slag.

Dit bericht heeft 0 reacties

Reageren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Back To Top